Als het eten lastig wordt

Op deze pagina vindt u informatie over energie en eetlust, als kauwen en slikken moeilijker gaat en het belang van reuk en smaak.

Energie en eetlust

Met het ouder worden wordt de stofwisseling van het lichaam trager. Daardoor heeft het lichaam ook minder calorieën nodig. Ouder worden gaat ook vaak gepaard met een verandering van de eetlust. De geur en smaak nemen af. De vertering van de voeding verloopt iets minder efficiënt, omdat noodzakelijke enzymen minder worden aangemaakt en er minder maagzuurproductie is. Tenslotte werken ook de nieren langzamer. Daarom is het raadzaam om:
  • de energie-inname aan te passen
  • voldoende te drinken
  • een kwalitatief hoogwaardige voeding te gebruiken, met de aanbevolen hoeveelheden vitamines en mineralen
Hoeveel energie we per dag nodig hebben hangt af van de leeftijd, geslacht, gewicht, lengte en van de lichamelijke inspanning. Wie minder energie met de voeding binnenkrijgt dan het lichaam verbruikt, valt af en wordt magerder. Eenzaamheid en depressiviteit verminderen de eetlust in grote mate. De ondergrens van energie bij gezonde ouderen ligt bij 1500 kcal/dag. Dit is de minimale hoeveelheid om nog in een adequate hoeveelheid microvoedingsstoffen via de voeding te kunnen voorzien.

Bij minder dan 1500 kcal moet het lichaam de reserves aanspreken. Er zullen dan tekorten ontstaan aan vitamines, mineralen, maar ook aan eiwit en vocht met als gevolg gewichtsverlies. Ondervoeding is een serieus, maar onderbelicht probleem in ziekenhuizen en zorginstellingen maar ook thuis. Ruim een kwart van de mensen in zorginstellingen is ondervoed. Ondervoeding is moeilijk te herkennen omdat iemand die ondervoed is niet per definitie ondergewicht hoeft te hebben,

Wat is er aan te doen?

Om het afvallen te stoppen moet je ervoor zorgen dat je gezond, gevarieerd en genoeg eet (meer dan je verbruikt). Dit kan door meer te eten of door extra toevoegingen aan de voeding. Om de eetlust te prikkelen kunnen smaakversterkers aan de maaltijd worden toegevoegd. Bij eenzaamheid en depressiviteit is het aan te raden met anderen de maaltijd te nuttigen. Samen eten doet eten.

Advies:

  • Zorg voor voldoende vocht
  • Eet meerdere maaltijden per dag
  • Kies voor energie- en eiwitverrijkte gerechten
  • Neem zo nodig energie- en eiwitrijke drinkvoeding
  • Neem contact op met een diëtist voor adviezen om het gewichtsverlies te stoppen

Als kauwen en slikken moeilijker gaat

Moeilijk kunnen kauwen en slikken is niet alleen het gevolg van veroudering, maar kan ook veroorzaakt worden door een ziekte en een slecht (passend) gebit. Onderzoekers hebben vastgesteld dat mensen die een kunstgebit dragen, ongeveer een vijfde van het kauwvermogen hebben en meer geneesmiddelen gebruiken om maagdarmproblemen te verhelpen. Met het toenemen van de leeftijd komen ook slikstoornissen vaker voor. Onvoldoende kauwen en slikstoornissen kunnen leiden tot voedingsbeperkingen. Allereerst geldt dat vaak voor vlees, volkoren producten, fruit en groenten. Met hulp van een diëtist kan, ondanks deze problemen, toch een volwaardige en smakelijke voeding worden samengesteld. Wanneer de mondgezondheid verslechtert, neemt het risico op een longontsteking, cardiovasculaire problemen en beroertes, diabetes en zelfs de ziekte van Alzheimer toe. Het is van groot belang om een goede mondverzorging te hebben, om zo de algemene gezondheid en mogelijk ook de cognitie te behouden. Indien nodig kan een logopedist helpen bij kauw- en slikproblemen. Advies:
  • Zorg voor variatie en vooral voor kleurrijke gerechten
  • Doe niet alles op één bord, maar dien het eten apart op
  • Eet brood zonder korst met smeerbaar beleg
  • Eet pastagerechten met een saus
  • Neem vis i.p.v. vlees of kies voor zacht vlees, zoals gehakt of tartaar
  • Snijd voedsel heel fijn of maal het zonodig maar zorg, dat het herkenbaar is
  • Ga niet te snel over op een vloeibare voeding, want kauwen heeft een gunstige invloed op de smaak- en speekselproductie
  • Kies bij verstopping (obstipatie) voor een aangepast vezelsupplement.

Het belang van reuk en smaak

Reuk en smaak spelen een grote rol bij de samenstelling en hoeveelheid van ons dagelijks eten. Het gevoel dat eten in uw mond geeft is minstens even belangrijk als de smaak. Met  de tong kunt u alleen zoet, zuur, zout en bitter proeven, de rest proeft u met de neus.

Anders dan eerder gedacht, proeven ouderen niet minder intens dan jongeren. Bij gezonde ouderen lijken herinneringen en emoties te bepalen of zij iets lekker vinden. Umami, de door een Japanner ontdekte vijfde smaak, lijkt een rol te kunnen spelen in de preventie van ondervoeding bij ouderen. Umami is beter bekend als glutamaat. Door glutamaat krijgt u meer eetlust door een betere smaakbeleving. Het vermogen smaak en geuren waar te nemen beschermt ook tegen het eten van bedorven voedsel.

Smaak- en reukstoornissen kunnen ontstaan bij ziekte en alcoholisme. Verlies van smaak vermindert het levensgenot. Smaak-en reukstoornissen kunnen een belangrijke invloed hebben op de dagelijkse maaltijden.

Advies:

  • Zorg dat de maaltijden er aantrekkelijk uitzien.
  • Probeer nieuwe (onbekende) voedingsmiddelen.
  • Let op onbedoeld gewichtsverlies.
  • Bij reukverlies: vraag zonodig advies aan een arts en of diëtist